SDG 15 - Bescherm, herstel en bevorder het duurzaam gebruik van ecosystemen op het vasteland, beheer bossen en wouden duurzaam, bestrijd woestijnvorming, stop landdegradatie en draai het terug en roep het verlies aan biodiversiteit een halt toe

“Pas als de laatste boom gestorven is, de laatste rivier vergiftigd en de laatste vis gevangen, zullen we realiseren dat we geen geld kunnen eten.” – Cree Indiaans gezegde

De mens heeft de aarde nodig om te kunnen overleven. Ongeveer 18% van onze voeding is plantaardig en landbouw vormt niet alleen een belangrijke economische hulpbron, maar ook een instrument voor ontwikkeling. Toch zien we vandaag een ongekende landdegradatie en de beschikbare landbouwgrond neemt sneller af dan ooit tevoren. Sinds 2008 lijden al meer dan 1,5 miljard mensen onder de gevolgen van landdegradatie.

Om al het leven op het land te beschermen, ontwikkelde de VN de vijftiende Duurzame Ontwikkelingsdoelstelling (SDG 15). SDG 15 richt zich op de verschillende bedreigingen waar onze planeet mee te maken krijgt, zoals ontbossing, verwoestijning, landdegradatie en het verlies aan biodiversiteit.

Bossen

Ongeveer 30% van het aardoppervlak bestaat uit bos. Bossen bieden niet alleen veiligheid en bescherming, ze zijn ook van vitaal belang in de strijd tegen klimaatverandering en het verlies aan biodiversiteit. Spijtig genoeg verliezen we elk jaar meer dan 13 miljoen hectare bos. Daardoor komt het levensonderhoud van 1,6 miljard mensen onder serieuze druk te staan, net als de habitat van meer dan 80% van alle dieren, planten en insecten.

Woestijnvorming

Elk jaar gaat meer dan 12 miljoen hectare – dat is meer dan 23 hectare per minuut! – verloren door droogte en verwoestijning. Elke dag verliezen we dus waardevolle grond die we voor verschillende doeleinden zouden kunnen gebruiken. Die 12 miljoen hectare zouden we bijvoorbeeld kunnen gebruiken om 20 miljoen ton graan op te verbouwen. Verwoestijning eist dan ook een zware tol. Zo dragen 74% van de armste mensen rechtstreeks de gevolgen van verwoestijning.

Biodiversiteit

De manier waarop we met onze planeet omgaan heeft een grote invloed op de globale biodiversiteit. Van alle bekende diersoorten is al 8% uitgestorven en bijna 22% loopt het risico om in de nabije toekomst uit te sterven. Biodiversiteit omvat echter meer dan alleen dieren. Op dit moment vormt onze wereld een thuis voor meer dan 80.000 boomsoorten en ontelbare microsystemen. Al die soorten spelen een rol bij het behoud van de natuur en als zelfs maar één van hen verdwijnt kan dat rampzalige gevolgen hebben voor de rest van de planeet.

Om onze ecosystemen te herstellen, doet de VN een oproep aan alle mensen om beter zorg te dragen voor de planeet. Alleen op die manier kunnen we duurzame ontwikkeling voor iedereen bereiken.

Doelstelling 15: Bescherm, herstel en bevorder het duurzaam gebruik van ecosystemen op het vasteland, beheer bossen en wouden duurzaam, bestrijd woestijnvorming, stop landdegradatie en draai het terug en roep het verlies aan biodiversiteit een halt toe

15.1     Tegen 2020 het behoud, herstel en het duurzaam gebruik van terrestrische en inlandse zoetwaterecosystemen en hun diensten waarborgen, in het bijzonder bossen, moeraslanden, bergen en droge gebieden, in lijn met de verplichtingen van de internationale overeenkomsten

15.2     Tegen 2020 de implementatie bevorderen van het duurzaam beheer van alle soorten bossen, de ontbossing een halt toeroepen, verloederde bossen herstellen en op duurzame manier bebossing en herbebossing mondiaal opvoeren

15.3 Tegen 2030 de woestijnvorming tegengaan, aangetast land en gedegradeerde bodem herstellen, ook land dat wordt aangetast door woestijnvorming, droogte en overstromingen, en streven naar een wereld die qua landdegradatie neutraal is

15.4     Tegen 2030 het behoud garanderen van de ecosystemen in de bergen, met inbegrip van hun biodiversiteit, om hun vermogen te versterken voordelen te genereren die essentieel zijn voor duurzame ontwikkeling

15.5 Dringende en doortastende actie ondernemen om de aftakeling in te perken van natuurlijke leefgebieden, het verlies van biodiversiteit een halt toe te roepen en, tegen 2020, de met uitsterven bedreigde soorten te beschermen en hun uitsterven te voorkomen

15.6     Bevorderen van het eerlijk en billijk verdelen van de voordelen die voortvloeien uit het gebruik van genetische hulpbronnen en bevorderen van gepaste toegang tot dergelijke hulpbronnen, zoals internationaal overeengekomen

15.7     Dringend actie ondernemen om een einde te maken aan stroperij en de handel in beschermde planten- en diersoorten en zowel de vraag naar als het aanbod van illegale producten afkomstig van deze planten- en diersoorten aan te pakken

15.8     Tegen 2020 maatregelen invoeren om de invoering van invasieve uitheemse soorten in land- en waterecosystemen te beperken en hun impact op aanzienlijke wijze te beperken, en de prioritaire soorten controleren of uitroeien

15.9     Tegen 2020 ecosysteem- en biodiversiteitswaarden integreren in nationale en plaatselijke planning, ontwikkelingsprocessen, strategieën en plannen inzake armoedebestrijding

 

15.a     Financiële hulpbronnen mobiliseren en aanzienlijk verhogen vanuit allerlei bronnen om de biodiversiteit en de ecosystemen te vrijwaren en op duurzame wijze te gebruiken

15.b     Aanzienlijke middelen mobiliseren vanuit allerlei bronnen en op alle niveaus om duurzaam bosbeheer te financieren en gepaste stimuli te verschaffen aan ontwikkelingslanden om een dergelijk beheer te organiseren, ook voor behoud en herbebossing

15.c     De wereldwijde inspanningen ter bestrijding van stroperij en illegale handel in beschermde diersoorten opvoeren, ook door verhoging van de capaciteit van plaatselijke gemeenschappen in hun streven naar kansen inzake een duurzaam bestaan