Diane Maurissen

Diane Maurissen - Bio
Diane Maurissen - Bio

 

De loopbaan van Diane Maurissen evolueerde van het micro niveau naar het macro niveau. Zo begon ze met lokale projecten en kwam ze later in het JPO-programma terecht, waar ze zich bezig hield met interventies op nationaal niveau.

read on issuu   PDF Icon Blue

“Ontwikkelingssamenwerking is een interessant gegeven, aangezien het een complex domein is”

Diane Maurissen - bio picDiane vertelt dat het idee om in ontwikkelingssamenwerking te werken is ontstaan tijdens het lezen van “Hunger in the world explained to my son” van Jean Ziegler. Haar interesse in ontwikkelingssamenwerking ging dan ook hand in hand met haar internationale belangstelling. Tijdens haar erasmusjaar in Madrid, waar ze studeerde aan de Universidad Complutense, werd ze zich helemaal bewust van de Europese culturele diversiteit. “Ontwikkelingssamenwerking is een interessant gegeven, aangezien het een complex domein is. Dat maakt het heel geschikt om te analyseren. Naast het theoretische luik, is veldervaring heel relevant om een efficiente analyse te maken.”Diane begint haar carrière dan ook met twee vrijwillige missies in het Zuiden.

De eerste sector die Diane’s aandacht trok was de jeugdzorg, in het bijzonder het onrecht waar straatkinderen met te kampen hebben. Ze ging aan de slag bij de ngo Fracarita Belgium en werkte zes maanden voor een opvangcentrum in Brazilië. “Een ouderrol opnemen vergt veel toewijding, vandaar dat goede rekrutering zo belangrijk is. Nu weet ik hoe belangrijk de waarde van biologische familie is in de ogen van het kind.”

“Inclusieve en duurzame groei is nodig om de levensomstandigheden en de veerkracht van een bevolking te verbeteren”

Diane is geÏnteresseerd in economie als middel om armoede tegen te gaan. “Inclusieve en duurzame groei is nodig om de levensomstandigheden en de veerkracht van een bevolking te verbeteren”. Na haar diploma in de rechten te hebben bepaald aan de Université Saint-Louis in Brussel, trok Diana naar Leuven om daar politieke economie te gaan studeren. Tijdens haar masterjaar aan de KU Leuven werkte ze ook als advocaat, gespecialiseerd in sociaal recht. “Dit beviel me enorm, aangezien het een veld is met zeer toegepast onderzoek. In deze functies wordt een advocaat geconfronteerd met menselijke ellende en sociale deprivatie”, vertelt ze.

Door een missie van negen maanden in Haïti ziet Diane het verband tussen armoede en milieuschade met eigen ogen. Hier helpt ze bij de uitbouw en versterking van de ngo’s Broederlijk Delen en PAJ, die zich vooral met landbouwkwesties bezighouden. “De ontbossing heeft negatieve gevolgen voor de landbouwproductie: door het gebrek aan een waterzuiveringssysteem ontstaan er milieu- en gezondheidsproblemen. Meestal zijn voorzieningen geconcentreerd in de steden, terwijl het platteland vaak het meest te kampen heeft met armoede, aangezien de bevolking hier rechtstreeks afhangt van natuurlijke hulpbronnen. De landbouw is een sector die vaak aan zijn lot wordt overgelaten, zelfs al vertoont deze sector een enorm potentieel. Het aanleren van nieuwe technieken, terwijl ze werken met eeuwenoude knowhow, is vaak moeilijk, en heeft tijd en oefening nodig.”

JEA centrum in Addis Abeba, Ethiopië (2014).

De complexiteit van ontwikkelingssamenwerking ligt in het feit dat het eigenlijk externe steun is. Hoe moeten we verandering in gang zetten, via partnerschappen, zonder de touwtjes zelf in handen te nemen?”. Projectmanagement in de ngo DISOP was voor haar enorm inspirerend. Vijf jaar lang was Diane verantwoordelijk voor een twintigtal partnerschappen in Centraal Amerika, ondermeer in familiale landbouw, micro-ondernemingen en een leer-werktraject in rurale gebieden. “De legitimiteit vormt een doel op zich en bepaalt ook hoe duurzaam de projecten uiteindelijk gaan zijn. Dat gebeurt door te investeren in de bestaansmiddelen van de lokale bevolking. Bij de veranderingen moet je rekening houden met tradities en kansen creeëren voor groepen die het moeilijker hebben, zoals bijvoorbeeld vrouwen. Het bestaan van een cultuur met een sterk gemeenschapsgevoel maakt de context wat gunstiger.”

“Het mandaat van de fondsen en programma’s van de Verenigde Naties wordt soms wel eens verkeerd begrepen. Ze concentreren hun hulp en steun op overheden, en openbare diensten.” Diane begint aan haar derde jaar als Junior Professional Officer (JPO) bij de Verenigde Naties. “Ik sta achter het idee en de essentie van de organisatie: 193 lidstaten die op gelijkwaardige basis, met per land één stem in de Algemene Vergadering, gemeenschappelijke waarden nastreven. De motivatie om een zo groot aantal landen mee te krijgen in het verhaal gaat hand in hand met een even grote verantwoordelijkheid.” Diane kreeg een job aangeboden bij UNDP (het VN-ontwikkelingsprogramma) in Benin op het departement Politiek & Strategie. “Onze dienst bestaat haast volledig uit mensen met een economische achtergrond en adviseert de overheid op het vlak van analyse, evaluatie, toezicht en strategisch plannen. In de nationale bureaus van de Verenigde Naties bestaat het team vaak voor een groot deel uit lokale medewerkers, die de specifieke problematiek van hun land kennen, terwijl de leidinggevenden vaak uit het buitenland komen, en gegarandeerd eerder onafhankelijk oordelen en handelen.”

“De uitdagingen waar ontwikkelingslanden voor staan om het welzijn van hun bevolking te verbeteren, zijn groot en nauw met elkaar verweven.”

“De Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (SDG’s), die in september 2015 door de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties werden aangenomen, zouden effectiever en doeltreffender zijn als ze beter bekend zouden zijn bij het grote publiek” geeft Diane toe. “Onze dienst was verantwoordelijk voor de verspreiding van de SDG’s in Benin en voor hun integratie in het nationaal planificatiesysteem. De SDG’s zijn van nature universeel, ondeelbaar en ambitieuzer dan hun voorganger. Om al deze doelstellingen tegen 2030 in de praktijk te brengen, moeten alle actoren dan ook meewerken: overheden, het middenveld, de private sector enz.“

“De uitdagingen waar ontwikkelingslanden voor staan om het welzijn van hun bevolking te verbeteren, zijn groot en nauw met elkaar verweven. Om echt resultaten te boeken is het goed om transparant te werken, aan procesbeoordeling te doen en kennis en best practices uit te wisselen. Om het overheidsbeleid te ondersteunen, doet ons departement onderzoek naar de levensomstandigheden van huishoudens en maken we een evaluatieverslag op van de Milleniumdoelstellingen. Deze doelstellingen liepen in 2015 af en waren de eerste instrumenten die zorgden voor de implementatie van financiële wetten en het creëren van nationale ontwikkelingsrapporten over landbouw en voedselveiligheid.”

Bij wijze van afsluiting geeft Diane mee dat nationaal en lokaal leiderschap voor duurzame ontwikkeling noodzakelijk is en gekoesterd moet worden.” Elk land heeft haar eigen specifieke doelstellingen en problemen, gelieerd aan haar geschiedenis, en dat tekent ook de cultuur en mentaliteit van dat land. Bij het bepalen van de prioriteiten, moet mens steeds de menselijke veiligheid voor de ogen houden. Dit kan men definiëren als de capaciteit om aan je behoeften te voldoen en in eigen naam te handelen. Zeven elementen zijn hier bijzonder belangrijk: gezondheid, economie, voedsel, ecologie, politiek, personeel en de gemeenschap”. (RMDH 1994, RNDH Benin 2010-2011).

Tournoi de football Inter ambassades 2015 sophie negrier withcopyright